Dat geeft rust, zodat je meer voor elkaar krijgt. Verbeter bijvoorbeeld jouw werk-privé balans. Wat is de Getting Things Done-methode en hoe kun je daar zelf mee aan de slag? We leggen je uit waar je rekening mee moet houden en delen voorbeelden uit de praktijk, waarmee het je kan helpen. Zo krijg je veel meer voor elkaar, terwijl je minder stress ervaart.
De Getting Things Done-methode helpt je jouw werk- en privé-taken beter te organiseren. Het maakt je productiever, terwijl je minder stress ervaart.
Je schrijft alle taken, projecten en verplichtingen op. Zo haal je die uit je hoofd, waardoor je de rust ervaart om helderder te denken en je op het moment te concentreren.
Benieuwd naar voorbeelden van hoe anderen de Getting Things Done-methode gebruiken? Het helpt je bijvoorbeeld bij je persoonlijke productiviteit. Gebruik het voor projecttaken, deadlines en de communicatie met collega’s, klanten en anderen. Verdeel taken bijvoorbeeld over categorieën zoals ‘Nu te doen’, ‘Wachtend op feedback’ en ‘Toekomstige plannen’.
Ook kan de methode helpen bij het management van teams. Organiseer een gedeeld taakbeheersysteem, waarin teamleden de status van taken updaten op basis van hun werk. Vraag ze bijvoorbeeld om taken te classificeren als ‘Op te pakken’, ‘Mee bezig’ en ‘Afgerond’.
Verder is de methode bijvoorbeeld geschikt om je dagelijkse taken te beheren, zoals vergaderingen, e-mails en de strategische planning. Of gebruik het voor studiebeheer, inclusief de taken, opdrachten, deadlines en examendata.
De Getting Things Done-methode bestaat uit 5 basisstappen:
Begin met het verzamelen van alles wat aandacht nodig heeft. Je kunt denken aan fysieke items zoals papieren en memo’s. Of aan digitale notities, e-mails, voicememo’s of andere dingen die je wilt verwerken en organiseren.
Verzamel alles in een notitieboek of op een fysieke plek. Of verzamel het in een digitale app of op een andere centrale digitale plek. Zorgt dat het allemaal samenkomt, om het daarna te verwerken.
Beoordeel alles wat je hebt verzameld, één voor één. Stel jezelf steeds de vraag:
Als het antwoord ‘ja’ is bepaal je wat de volgende actie is (in de volgende stap).
Is het antwoord ‘nee’? Dan kun je het parkeren, archiveren of weggooien.
Voor alle taken waarop je ‘ja’ antwoordde tijdens het verwerken: categoriseer ze.
Je kunt denken aan categorieën zoals:
Plan een regelmatig moment, waarop je bekijkt welke taken je in de verschillende categorieën hebt zitten. Plan bijvoorbeeld iedere week een moment, zoals maandagochtend om 11:00 uur. Je hebt dan ’s morgens de tijd om urgente zaken op te pakken. Daarna bekijk en beoordeel je de taken, om de rest van de dag en de week te plannen.
Gebruik het overzicht om de taken te kiezen waarmee je aan de slag gaat. Houd rekening met de benodigde (en beschikbare) tijd en kies taken die passen bij de energie die je er nu of op een later moment in kunt steken.
Rond de taken stuk voor stuk af, om je te concentreren op wat er op dat moment moet gebeuren.
De Getting Things Done-methode helpt je productiever te zijn, terwijl je minder stress ervaart. Je verzamelt, verwerkt, organiseert, bekijkt en voert uit, zodat je dit niet allemaal vanuit je hoofd hoeft te doen.
Wil je dat goed doen? Houd hier dan rekening mee:
Er bestaan allerlei handige tools, waarmee je digitaal aan de slag kunt met de Getting Things Done-methode. Wil je daarmee beginnen?
Probeer bijvoorbeeld apps zoals Todoist, Trello, Microsoft To Do, Asana of Evernote. Er zijn daarnaast gespecialiseerde apps beschikbaar, zoals OmniFocus en Nirvana.
Werk je liever op papier? Gebruik een notitieboekje of een speciaal GTD-notitieboek.