Sollicitatiegesprek: Gesprekspartners onderzoeken

Misschien voel je je een heuse stalker als je online je gesprekspartner opzoekt. Dat gevoel snappen we wel, maar het is toch slim om te doen. Reken maar dat je gesprekspartner ook informatie over jou heeft opgezocht. In dit artikel gaan we de volgende dingen behandelen:

• Waarom zou je je gesprekspartner researchen?
• Waar vind je informatie over je gesprekspartner?
• Welke informatie kun je wel en niet gebruiken?
• Hoe gebruik je die informatie tijdens het gesprek?
• Redenen om de informatie niet te gebruiken.

Waarom research je je gesprekspartner?

Reden 1: Als je tijdens je research overeenkomsten vindt tussen jou en je gesprekspartner, kun je die gebruiken tijdens het gesprek. Mensen vinden het fijn om met gelijkgestemden te praten. Dat schept een band. Een gesprek vloeit ook lekkerder als je merkt dat jullie op dezelfde golflengte zitten. Overeenkomsten benadrukken helpt hierbij.

Reden 2: Goede research voorkomt dat je vragen stelt waarvan je het antwoord al had kunnen weten. Stel dat je gesprekspartner is geïnterviewd in een vakblad en vertelt dat ze het bedrijf willen uitbreiden naar Japan. Dan staat het slecht als zulke informatie compleet nieuw voor je is tijdens het sollicitatiegesprek. Het staat veel beter als je vertelt dat je dat online hebt gelezen. Je kunt ook gelijk een paar goeie vragen stellen.

Waar vind je informatie over je gesprekspartner?

Google is je beste vriend. Als je gesprekspartner ooit is geïnterviewd door een (vak)blad of ander medium, komt dat ongetwijfeld naar boven als je de naam intikt.

Vergeet ook LinkedIn niet. Daar vind je alle relevante professionele informatie. Opleidingen, eerdere werkervaring, hobby's etc. Met een beetje mazzel is je gesprekspartner erg actief op LinkedIn en staat er nog meer op zijn pagina. Bedrijfssuccessen bijvoorbeeld, of andere persoonlijke informatie en artikelen die hij interessant vindt.

Ja, je gesprekspartner kan zien dat je zijn profiel hebt bezocht, maar dat staat niet zo raar als je denkt. Het laat zien dat je je gesprek voorbereid.
De website van het bedrijf kan je ook enorm helpen. Als er een ‘over ons'-pagina is, staat je gesprekspartner daar ongetwijfeld tussen. Soms staan er ook interviews met medewerkers op de bedrijfswebsite, al dan niet in videovorm.

Welke informatie kun je wel en niet gebruiken?

In theorie is alle informatie die je kunt achterhalen interessant. Ook op het oog nietszeggende dingen als een gezamenlijke hobby. Het gaat erom dat je dingen vindt die jullie samen delen. Gezamenlijke connecties, dezelfde school, een congres waar jullie allebei waren, dat kan allemaal interessant zijn. Onthoud alle zaken die jullie gemeen hebben en gebruik die in het gesprek. Hoe? Gaan we je uitleggen.

Hoe gebruik je de informatie tijdens je sollicitatiegesprek?

Dit is wellicht het moeilijkste deel van je gesprekspartners researchen: de informatie gebruiken in je sollicitatiegesprek. We geven je hieronder twee manieren hoe je dat kunt doen zonder als een stalker over te komen.

Gesprekstruc 1:

Je moet natuurlijk niet zomaar vertellen dat je weet op welke basisschool je gesprekspartner zat, dat hij dol is op lange wandelingen in het bos en een hond genaamd Molly heeft. Je moet het subtiel houden. Zo bijvoorbeeld.

Gesprekspartner: "Vertel eens iets over jezelf?"
Jij: "Ik ben dus Ben. Ik ben 42 jaar, al tien jaar werkzaam als accountmanager en in mijn vrije tijd ga ik graag wandelen met mijn hond."
Gesprekspartner: "Oh, wat leuk. Wat voor hond heb je?"
Jij: "Een labrador, ze heet Takkie."
Gesprekspartner: "Wat leuk. Ik heb zelf ook een hond, Molly."

Zo heb je alsnog je informatie gebruikt, zonder expliciet te vertellen dat je wist dat hij een hond had. Je zegt dit natuurlijk alleen als je daadwerkelijk een hond genaamd Takkie hebt. Je gaat niet liegen en manipuleren tijdens je sollicitatiegesprek.

Gesprekstruc 2:

Heb je op LinkedIn gezien dat jullie beiden dezelfde ideeën over het werkveld hebben? Dan kun je die informatie gebruiken als je een vraag beantwoordt. Je noemt een paar unieke dingen én de opvatting die jullie gemeen hebben. De ander pikt (onbewust) jullie gemeenschappelijke factor op en gaat daar waarschijnlijk over door. Zo creëer je een connectie tijdens het gesprek. Zo bijvoorbeeld:

Gesprekspartner: "Wat zou jij in de journalistiek willen veranderen?"
Jij: "Ik zou willen dat er meer tijd kwam voor het maken van goede verhalen. Alles moet tegenwoordig veel te snel, waardoor er fouten insluipen. En ik zou meer diversiteit op de werkvloer willen."
Gesprekspartner: "Wat vind je zo belangrijk aan diversiteit op de werkvloer?"
Jij: "Ik denk dat er dan betere verhalen gemaakt worden."
Gesprekspartner: "Dat ben ik met je eens. Kun je wat verder toelichten hoe jij dat voor je ziet?"
Etc.

Met deze truc voer je relevante gesprekken over de inhoud én over zaken die jullie beiden interesseren. Win-win, toch?

Gesprekstruc 3:

Als je informatie vindt waar je graag meer over wil weten - bijvoorbeeld de uitbreiding van het bedrijf naar Japan - kun je ook gewoon zeggen waar je hebt zitten zoeken. Deze techniek is vooral geschikt voor de meer professionele informatie.

Jij: "Ik zag op LinkedIn dat jullie volgend jaar plannen hebben om met het bedrijf naar Japan te gaan. Kun je daar iets meer over vertellen?"

Het voordeel van deze techniek is dat je niet subtiel hoeft te doen. Je kunt gewoon zeggen dat je informatie hebt opgezocht. Want nogmaals: het is niet gek dat je onderzoek doet naar je gesprekspartners. Daar kijken ze waarschijnlijk niet van op.

Redenen om de informatie niet te gebruiken

Niet iedereen is een held in (een tikkeltje manipulatieve) gesprekstechnieken toepassen. Als je moeite hebt om de gevonden informatie subtiel te gebruiken, kun je het beter niet doen. Je moet wel jezelf blijven tijdens zo'n gesprek. Als je iets niet wil, is het je ongemakkelijk voelen tijdens je sollicitatie.

Dit is een open deur, maar we zeggen het toch: gevoelige informatie kun je beter voor je houden. Als je erachter kwam dat je gesprekspartner in de gevangenis zat, een affaire heeft of vorige week dronken op straat lag, houd je dat voor je.